Indeling van de WG-W
Het kader en commissies
De leiding van de groep noemen we het kader i.p.v. bestuur. Dit kader bestaat uit 3 personen (voorzitter, secretaris en penningmeester), binnen de grenzen van het huishoudelijk reglement en het mandaat van de Algemene Ledenvergadering, het hoogste besluitvormend orgaan. Daarnaast zijn er diverse commissies die deeltaken uitvoeren onder verantwoording van het kader. Vanwege de aangepaste bestuurlijke aansprakelijkheid is het noodzakelijk en gewenst dat het kader weet waar de commissies mee bezig zijn, wat de stand van zaken daarvan is, of het op schema ligt, of het financieel klopt, enzovoorts. Daarom zal bij elke commissie (buiten de kascontrolecommissie) een kaderlid zitting nemen. Op die manier zijn de lijnen tussen kader en commissies korter, is het kader beter op de hoogte te houden en kan frictie voorkomen worden.
In de jaarlijkse Algemene Ledenvergadering legt het kader rekening en verantwoording af aan de leden.
Leden
Deelname is alleen mogelijk voor leden van de Bond van Wapenbroeders. Nieuwe groepsleden dienen dan ook lid te worden van de Bond.
Deelname is niet vrijblijvend en niet gratis. Leden worden geacht aan de trainingsdagen vooraf deel te nemen, zodat ze bijvoorbeeld goed beslagen in Nijmegen en/of bij andere wandeltocht aan de start verschijnen.
Groepsgrootte
Volgens het Deelnemersreglement Wandeltochten KNBLO en het reglement voor burgergroepen Vierdaagse dient een wandelgroep bij de start op de eerste wandeldag uit minimaal elf op naam ingeschreven personen te bestaan. Het recht op deelname vervalt indien de groep bij de start niet langer voldoet aan de eis van tenminste elf deelnemers. Het maximaal aantal deelnemers welk kan worden ingeschreven voor één groep bedraagt 41 personen.
Het streven is dan ook om de WG-W uit minimaal 15 leden te laten bestaan om zodoende te kunnen participeren aan wandeltochten van de KNBLO en de Vierdaagse van Nijmegen. Er zal geen maximum op de groepsgrootte zijn.
Meewandelende begeleider(s)
Het is wenselijk om bij de WG-W tenminste 1 meewandelende begeleider te hebben. De begeleider beschikt over een basiskennis hoe te handelen bij calamiteiten en heeft een vrij beperkte medische kennis. Hij of zij is uitgerust met een E.H.B.O. pakketje en een GSM-telefoon en daarnaast bekend met de positie in het veld. En voorts heeft hij of zij een reanimatiecursus gedaan.